Zes verklaringen voor viets


In Sir Edmund van 11 april 2015 stond een stukje over een lezing van ‘taalman’ Wim Daniëls in de Nieuwe Kerk in Amersfoort. Het eindigde met de woorden “dat er dus één woord is waarvan Wim Daniëls […] de herkomst maar moeilijk kan achterhalen: fiets.” Prompt kwam er een ingezonden brief met de mededeling dat een Vlaamse professor de verklaring wél had: fiets komt uit het Duits, “de Duitsers noemden de fiets een vize-pferd, een vervangpaard. Het paard werd weggelaten en viez bleef over.”

Natuurlijk kende Wim Daniëls deze hypothese zelf ook; bij Pauw & Witteman had hij de kersverse vondst enthousiast besproken. Maar al snel veegde Jan Stroop vakkundig de vloer aan met de nieuwe hypothese; het ‘vize-Perd’ kon toen eigenlijk al naar de schroothoop. Voor Daniëls is het nu niet meer dé hypothese, laat staan dé verklaring, maar gewoon een van de zes mogelijke verklaringen¹ voor de herkomst van fiets.

1. Onomatopee: weergave van het geluid dat de eerste fietsen maakten.
2. Afleiding van een Nederlands dialectwoord (bijv. Brabants fietsen ‘snel voortbewegen’, Zuid-Limburgs fietse, vietse ‘hard lopen, wegrennen’).²
3. Eponiem: genoemd naar de Wageningse smid-fietsenmaker Eli Cornelis Viets (1847-1921).
4. Vervorming van Frans vélocipède.
5. Vervorming van Frans vitesse ‘snelheid’.
6. Vervorming van Duits vize.

Ewoud Sanders dacht in 1996 optie 3, het eponiem, te kunnen elimineren³ en koos voor optie 2, het dialectwoord.
Wim Daniëls heeft de indruk dat de meeste taalkundigen inmiddels juist voor optie 3, het eponiem, gaan.
Jos Swanenberg (via Twitter) is voor fietse ‘snel voortbewegen’, wrsch. ontstaan als klankschildering.
Jan Stroop hangt optie 4 aan: viets gaat terug op vélocipède.

Zelf zet ik mijn geld op optie 5.
(Voor voortschrijdend inzicht zie de eerste link onderaan: Viets’ claim to fame.)




1 Daniëls, Verhalen over taal, p. 19-20;, De taal achterna, p. 128-129.
2 Sanders, p. 37-39.
3 Sanders, p. 28-30.


Referenties
Ewoud Sanders, Fiets! De geschiedenis van een vulgair jongenswoord, 1996.
Etymologisch woordenboek van het Nederlands (EWN) 2: F-Ka, 2005, lemma fiets.
Wim Daniëls, ‘Door Van Dale fietsen’, in Verhalen over taal; 150 jaar Van Dale, 2014, p. 18-22.
  –   De taal achterna, 2014.
Jan Stroop, ‘Ga toch fietsen!’, in Die taal, die weet wat, 2014, p. 56-59. (Eerder gepubliceerd op Neder-L.)



» Viets’ claim to fame.
» Een vroege vindplaats van fiets.
» Was viets vulgair?
» De prehistorie van viets.
» Frederik vietst.
» Fietsen in Verzen (1890).
» Als prinsen reden ze de dorpen door.
» index

» Etymologiebank, lemma fiets.


Geplaatst op 17 april 2015, gewijzigd op 8 september 2016.

© de 5e Verdieping 2015-2016